Knallen
Het was enkele dagen vóór Oudjaar, een grauwe middag op vierde of vijfde Kerstdag. “Hé jongens!”, riep ik een drietal knullen achterna. Ze liepen met versnelde pas weg. “Hallo! Stop even alsjeblieft?”, op mijn allervriendelijkst. De kleinste van het drietal hield in en draaide zich om. Ik liep al hun kant op en kwam nu dichterbij. “Hèhè”, zuchtte ik, “Ik wil alleen een paar vragen stellen voor een onderzoek”, en haalde het notitieboekje met pen uit de zak van mijn jas. “Als u ons maar niet gaat aangeven”, zei de kleine, kennelijk de leider van het drietal. “Welnee, ik heb geen idee hoe jullie heten en daar ga ik ook niet naar vragen.” De drie jongens en ik schuifelden wat heen en weer en toen leken we op ons gemak. “Het gaat wel over vuurwerk. Mag ik weten hoe oud jullie zijn?” Ik kreeg te horen 14 en 15, “Nee 16”, haastte hij erachteraan te zeggen. De kleine was dus 14, begreep ik. “Hoe komen jullie aan dit vuurwerk?” De kleine antwoordde: “Zelf gekocht van ons zakgeld.” “Mag ik